Vandaag werd ACTRIS opgericht als een Consortium voor Europese onderzoeksinfrastructuur voor geavanceerde gegevens en diensten op het gebied van atmosferisch onderzoek. De oprichting van ACTRIS ERIC concretiseert een langetermijninspanning van verschillende Europese landen om een duurzame infrastructuur ter ondersteuning van atmosferisch en klimaatonderzoek tot stand te brengen. Met ACTRIS staan deuren open voor onderzoekers, industrie en landen om toegang te krijgen tot belangrijke informatie over de toestand van de atmosfeer, om de beste onderzoeksplatforms in Europa te delen en om beleidsvorming te ondersteunen met alle nodige wetenschappelijke expertise.
De Europese Commissie heeft het langverwachte besluit genomen om de onderzoeksinfrastructuur voor aerosolen, wolken en spoorgassen (ACTRIS voor “Aerosol, Clouds and Trace Gases Research InfraStructure”) op te richten als een Consortium voor een Europese onderzoeksinfrastructuur of ERIC. Zeventien oprichtende landen , waaronder België, bundelen hun middelen om toegang te verlenen tot een breed scala van technologieën, diensten en middelen op het gebied van de atmosferische wetenschap. Met hun verbintenis tonen de leden aan dat onderzoek inzake atmosfeer en luchtkwaliteit een nationale prioriteit is voor lange termijn. Lid zijn van ACTRIS-ERIC betekent dat de vertegenwoordiger van een land de strategie kan helpen vormgeven, kan deelnemen aan missiegericht onderzoek en zich kan aansluiten bij de gezamenlijke stem van ACTRIS in de voorhoede van de Europese wetenschap en het onderwijslandschap van atmosferisch onderzoek gericht op aerosolen, wolken en spoorgassen. Het besluit en de ERIC-statuten zijn nu bekendgemaakt in het Publicatieblad van de EU.
België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Italië, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Spanje, Tsjechië, Zweden en Zwitserland. Griekenland en het Verenigd Koninkrijk hebben belangstelling getoond om in een later stadium toe te treden. |
ACTRIS begon zijn weg naar ACTRIS-ERIC al in 2011 en bereikte belangrijke wetenschappelijke en technische mijlpalen die leidden tot een beter begrip van de drijvende krachten achter klimaatverandering en luchtverontreiniging. De ruimtelijke en temporele variabiliteit van kortlevende atmosferische bestanddelen (aerosolen, wolken en spoorgassen) werd gedurende meer dan een decennium continu gemonitord vanaf 80 observatieplatforms in Europa en daarbuiten, en atmosferische processen worden bestudeerd vanaf 38 exploratieplatforms. Dit heeft ongekende inzichten opgeleverd in de doeltreffendheid van het emissiereductiebeleid in Europa, maar bracht ook de complexe terugkoppelingsmechanismen aan het licht die op het klimaatsysteem inwerken.
De ACTRIS-faciliteiten vormen de grootste infrastructuur voor atmosferisch onderzoek ter wereld. ACTRIS biedt zijn gebruikers open toegang tot instrumenten, expertise, opleidingsmogelijkheden en FAIR*-gegevensbeheerdiensten. Alle ACTRIS-diensten zijn toegankelijk via http://www.actris.eu.
De FAIR-beginselen (Findable, Accessible, Interoperable, and Reusable) beschrijven hoe onderzoeksresultaten moeten worden georganiseerd zodat ze gemakkelijker toegankelijk, begrijpelijk, uitgewisseld en hergebruikt kunnen worden. |
Met zijn ERIC-status is ACTRIS nu wettelijk erkend als een Europese onderzoeksinfrastructuur, waardoor ACTRIS over een stabiele juridische structuur beschikt. Finland zal de statutaire zetel huisvesten en de algemene coördinatie van ACTRIS beheren en Italië zal de toegang tot de ACTRIS-diensten beheren.
Eija Juurola, interim-hoofd van ACTRIS:
Dit besluit betekent dat de ACTRIS-faciliteiten nu wettelijk samen kunnen opereren, als één organisatie. Het besluit komt op een belangrijk moment, aangezien de overgang naar de exploitatie al plaatsvindt en de synergiën met wetenschappers en industrie zich voortdurend ontwikkelen.
Martine De Mazière, nationale contactpersoon voor ACTRIS-België:
Voor België is dit een belangrijke stap omdat onze atmosferische monitoringactiviteiten vanop de grond en de daarmee samenhangende expertise kunnen worden geïntegreerd in een duurzaam Europees consortium en onze onderzoekers en industrie zo op een goed gecoördineerde manier kunnen putten uit de ruime ervaring van het hele ACTRIS-netwerk.
De kerncomponenten van ACTRIS zijn de nationale faciliteiten, die bestaan uit observatieplatformen (meetstations) en verkennende platformen (mobiele waarneeminstallaties of simulatiekamers), zowel binnen Europa als op geselecteerde wereldwijde locaties, en de centrale faciliteiten, die van fundamenteel belang zijn voor het verstrekken van geharmoniseerde gegevens van hoge kwaliteit.
België speelt een belangrijke en gevarieerde rol in ACTRIS. Het Koninklijk Belgisch Instituut voor Ruimte-Aeronomie (BIRA) leidt het centrum voor de detectie van reactieve sporengassen (Centre for Reactive Trace Gas Remote Sensing, CREGARS). Daarnaast beheren Belgische onderzoekers van federale wetenschappelijke instellingen (BIRA, KMI), gefedereerde instituten (VITO, ISSep) en universiteiten (ULiège) verschillende nationale faciliteiten, zowel in België (Ukkel, Vielsalm) als in het buitenland (op Reunion-eiland in samenwerking met Frankrijk en op Jungfraujoch in Zwitserland). Zij exploiteren ook een mobiel platform tijdens meetcampagnes. De duurzame toegang tot en gebruik van deze infrastructuur en expertise zal de Belgische onderzoeksinspanningen stevig verankeren in een sterk Europees kader.
ACTRIS sluit aan bij de doelstellingen van de Green Deal van de Europese Unie. Met het oog op de uitdagingen van de klimaatverandering is ACTRIS een infrastructuur voor onderzoek en innovatie die gegevens en diensten moet leveren om inzicht te krijgen in milieuveranderingen, die essentieel zijn voor het bepalen van doeltreffende strategieën voor mitigatie en maatschappelijke aanpassing.
Wij willen onze uitdrukkelijke dank betuigen aan BELSPO, het Belgisch Wetenschapsbeleid voor hun financiële steun aan ACTRIS België.
Nationaal Contactpersoon
Martine De Mazière
Nationaal Contactpersoon ACRIS-België
Martine (punt) DeMaziere (at) aeronomie (punt) be
ACTRIS Hoofdbureau
Eija Juurola
Interim Hoofd ACTRIS
eija (punt) juurola (at) fmi (punt) fi
Binnenin de aethalometer (rechtsboven) bevindt zich het ruime filterband waarop de atmosferische deeltjes worden verzameld.
De nefelometer (rechtsonder) meet de lichtverstrooiingscoëfficiënt van atmosferische deeltjes. In combinatie met de absorptiecoëfficiënt van de aethalometer kunnen verschillende belangrijke parameters voor stralingsoverdrachtsmodellen (bv. toegepast bij het ophalen van satellietgegevens) worden berekend.